Categorieën
Veelgestelde vragen
Ja. Binnen MedMij kan een persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) gegevens opvragen bij meerdere DVA’s (dienstverleners in het zorgdomein). Dit zorgt ervoor dat een zorggebruiker – de burger – via één PGO gezondheidsgegevens van verschillende zorgaanbieders kan verzamelen, bekijken en delen. Zo houdt de gebruiker zelf regie over zijn of haar gezondheidsdossier.
De PGO wordt geleverd door een DVP (dienstverlener in het persoonsdomein). Zowel DVP’s als DVA’s zijn MedMij-deelnemers en maken samen deel uit van het MedMij-netwerk.
Binnen dit netwerk geldt het ‘all-to-all’-principe: elke DVP moet met elke DVA kunnen communiceren – en andersom. Dit maakt veilige, betrouwbare én brede gegevensuitwisseling mogelijk.
Nee, we kwalificeren de combinatie DVA met XIS'en.
Omdat we zowel de inhoud als de technische uitvoering toetsen. Alleen door deze combinatie kunnen we vaststellen of gegevensuitwisseling tussen systemen goed en betrouwbaar verloopt. Zo borgen we de interoperabiliteit binnen het MedMij-netwerk: systemen begrijpen elkaar én wisselen gegevens veilig en correct uit.
Ja. Binnen het MedMij Afsprakenstelsel is de DVA verantwoordelijk voor de gegevensuitwisseling namens de zorgaanbieder. De DVA kwalificeert altijd samen met zijn XIS'en. Als er meerdere XIS'en in gebruik zijn, kunnen die allemaal onderdeel zijn van de kwalificatie. De combinatie van DVA en bijbehorende XIS'en wordt dan gezamenlijk gekwalificeerd.
MedMij wil kunnen garanderen dat gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders en PGO’s veilig, betrouwbaar en volledig is. Daarom beoordelen we de interoperabiliteit op basis van de MedMij-gegevensdiensten, aan de kant van de zorgaanbieders.
Om die reden is het nodig om alle combinaties van DVA en XIS'en te kwalificeren. Dat vraagt een flinke inzet van DVA’s, maar MedMij doet geen concessies aan de kwaliteit van het kwalificatieproces. Alleen zo zorgen we dat burgers hun gezondheidsgegevens correct en bruikbaar in hun PGO ontvangen.
Tegelijk blijven we samen met betrokken partijen kijken naar mogelijke verbeteringen in het proces, mét behoud van de hoge kwaliteitsstandaard.
Ja. Als een broker of integrator (DVA) zich eerder kwalificeerde met XIS A en later dezelfde gegevensdienst wil aanbieden in combinatie met XIS B, dan moet deze nieuwe combinatie opnieuw worden gekwalificeerd.
Een succesvolle ontsluiting met XIS A garandeert namelijk niet dat dit ook zonder meer geldt voor XIS B. Elke combinatie van DVA en XIS wordt afzonderlijk beoordeeld op interoperabiliteit en correctheid van de gegevensuitwisseling.
Ja, dat mag. Maar ook hier geldt: elke nieuwe combinatie moet gekwalificeerd worden.
In principe niet zonder overleg.
Als een XIS-leverancier niet meewerkt aan de combinatiekwalificatie (DVA/XIS), moeten zorginstellingen overleggen met de betreffende XIS-leverancier. Elke zorginstelling is namelijk zelf verantwoordelijk voor het naleven van de geldende wet- en regelgeving, zoals de AVG en de Wet cliëntenrechten bij elektronische verwerking van gegevens in de zorg.
Het zelfstandig aanleveren van schermprints zonder toestemming kan leiden tot juridische risico’s. Stem dit dus altijd af met je XIS-leverancier.
Ja, maar de verantwoordelijkheid voor het bijhouden en beheren van verschillende versies van het XIS ligt bij de XIS-leverancier.
De deelnemer moet zelf beoordelen wat de aard en impact van wijzigingen zijn op implementaties en de ondersteuning van gegevensdiensten. Om dit goed in te schatten, kan de deelnemer gebruikmaken van zelftests om de gevolgen van wijzigingen tijdig te detecteren en beheersen.
Ja.
Voor de BgGGZ-gegevensdienst geldt dat minstens 90% van de 23 zibs beschikbaar moet zijn (dus ten minste 21 zibs).
Daarom vervult de DVA de regierol binnen de zorginstelling: hij moet de gegevens samenbrengen vanuit meerdere bronsystemen. Dit maakt het vullen van de set een complexe, maar cruciale taak.